JACOB CORNELISZN. van SEESTRATEN. Alle huidige ‘Zeestratens’ stammen af van Jacob Corneliszn. van Seestraten (ca. 1655-1706), gehuwd met Marijtje Simonsdr. (overleden ca. 1716). Vóór ca. 1750 worden de genealogische bronnen in de vorm van doop-, trouw- en begrafenisboeken steeds schaarser en wordt aanvullende informatie steeds belangrijker. Het heeft enige tijd geduurd, voordat ik met zekerheid de ouders van Jacob kon vaststellen. Deze ouders van Jacob komen samen met nog veel meer voorouders op een apart deel van de website te staan, maar hier al vast een voorproefje. Van Jacob is bekend, dat hij ongeveer 1655 is geboren (vermoedelijk in Vogelenzang) en in 1706 in Vogelenzang is overleden. De voornaam van zijn vader is dus Cornelis. De eerste mogelijkheid is, dat hij een zoon is van Cornelis Zeestraten en Ariaentje Jochumsdr. Witteman, hetgeen ook in menige bron wordt vermeld. Luyben vermeldt in haar boek (b) op pag. 9 de transcriptie van een akte uit het Oud Rechterlijk Archief van Rijswijk d.d. 2 oktober 1659. BETREFT ARJAENTGEN JOCEEMS WITTEMAN. Archief Rijswijk R.A.. Wij Hendrick van (der) Meulen en(de) Jan Frans Hensbroeck geswoorens inden Ambachte van Rijswijck oirconden dat voor ons gecomen en(de) erschenen sijn Maertient g Corn(elis) d(ochte)r wed(uw)e van Willem Jans Cleij; Pieter Cornelis van Zeestraten, voor hem selven, Jan ende Mees Jochums Witteman gebroederen als oomen en(de) bloetvoochden van Applonia en(de) Ariaentgen Corn(elis) d(ochte)ren tesamen kinderen en(de) erffgenamen van Ariaentgen Jochumsdochter haer luijder moeder, die mede en(de) erffgenaem was van Jochum Jans Witteman en(de) Trijntgen Jacobsd(ochte)r haer vader en(de) moeder en(de) der comp(aran)ten grootvaders en(de) grootmoeder ende bekenden sij comparanten in dier qualite wel en(de) wettelijcken v(er)cocht gecedeert, getransporteert ende ov(er)gedragen te hebben, gelijck sij in vollen en(de) vrijen eijgendom v(er)coopen, cederen, trans- porteeren ende ov(er)dragen bij desen aen Adriaen Pieterss in de Poort hem sijnen erven en(de) naercomelingen de helft van (de) negen mergen lants waervan de wederhelft den cooper is toebehoorende, bij den hoop sonder maet mette voet gestooten, leggende in schaepweijpolder in dese Ambachte belent ten westen den cooper selfts mette wederhelft van dit gecochte ten suijden de Vliet ten oosten de erffgen(amen) van(de) heer van Werum en(de) ten noorden den cooper selffs vrij lant niet belast nochte beswaert dan met den heer sijn recht als ander buerlanden, en(de) dat met soodanige vrijdom en(de) gerechticheden lijdende en(de) domineren servituijt als 't v(er)cochte hebben(de) ende subject is alles naer luijt en(de) in conformite der ouder brieven waer naer hem den cooper sal hebben te reguleren de comp(aran)ten beloven 't vercochte te vrijen en(de) te waren dat het niet anders is belast nochte beswaert dan v(oor)s(chreven) staet boven het v(er)bandt van fideicommis onder v(er)bandt van haer persoonen en(de) goederen geen uijtgesondert subject allen rechten en(de) rechteren alles sonder fraude ende bekenden mede sij comp(aran)ten erve ende coop en(de) transporte van desen voldaen en(de) bij den cooper v(er)genoecht te sijn en(de) dat met het passeren van een schultbrieff ter somme van drie duijsent twee hondert gulden op huijden bij den selven ten behoeve van(de) comp(aran)ten v(er)leden, des ten ojrconde en(de) den iiden octob(er) 1659. gestelt bij Jan Henr: van der Meulen Frans Hensbroeck kantlijn: Register schultb(rief) int register van(de) belastingen fol: 34. xl pen(ning) 80 g(u)1(den) v(er)antwoort fol: 3 recto In deze akte zijn de volgende familierelaties te herkennen (in de akte vetgedrukt): In bovenstaand schema is Cornelis Corneliszn. Zeestraten toegevoegd, evenals zijn trouwdatum met Ariaentje. Deze gegevens staan niet in de voorgaande akte. Uit de patroniemen van zijn kinderen volgt in ieder geval zijn voornaam. Jacob Corneliszn. Zeestraten is geen zoon van Cornelis en Ariaentje Jochumsdr. omdat hij dan als vijfde kind in dit schema zou moeten staan. Hij moet immers vóór de aktedatum zijn geboren, omdat zowel Cornelis als Ariaentje vóór de aktedatum zijn overleden. Een tweede mogelijkheid is, dat Jacob een zoon is van Cornelis Claes van Seestraten (geboren ca. 1612), die omstreeks 1637 in het huwelijk treedt met Willempje Willemsdr. ( beide † ná 21 maart 1683). Over dit echtpaar staat meer informatie in ‘Hollandsche Consultatien en Advysen’ (aanwezig in de Amsterdamse Universiteits bilbliotheek 1771/1800) vanaf pag. 316. CIII. ADVYS. 1e Mobilia non habent sequelam ex causa hypotheca. 2e Wanneer een transport actione revocatoria kan worden gerescindeerd. Gezien by de ondergeschr. zekere notariale acte van accord en transport, op den 21 maart des jaars 1683. Voor den NOTARIS LEONARD VAN ASPEREN. en zekere getuigen bin- nen de stad Haarlem, aangegaan en gepasseert tusschen CORNE- LIS CLAASSEN ZEESTRATEN en WILLEMPJE WILLEMS, egte lieden, woonende te Vogelenzang, ter eenre, en JA- COB CORNELISSE ZEESTRATEN, woonende tot Lisse, ter andere zyde, en gelet op de vragen daar uit voorgesteld. Dunkt (onder correctie) gepraesupponeert, dat de voorn. COR- NELIS CLAASSEN ZEESTRATEN en WILLEMPJE WIL- LEMS het voorsz. transport geensints hebben gedaan met me- ninge en intentie, om haar Crediteuren daardoor te fraudeeren en te verkorten, en dat uit dien hoofden hetzelve transport, actione revacatoria, niet kan werden gerescindeert, maar dat het zelve transport by de voorsz. transportanten alleen is geschied uit die consideratiën, dat zy lieden zynde geworden oude lie- den, en zulks door haar ouderdom onbekwaam, om de bouwne- ringe langer naar behooren waartenemen, en genegen zynde het overige van haar leven in stilheid en gerustheid door te brengen, door denzelven transporten hebben willen bezorgen, en als van een van haar kinderen voor de getransporteerde goederen koopen, 't geen haar tot alimentatie en onderhoud, zo in kost en drank als kledinge en andere noodzakelykheden, zowel in ziekte als ge- zondheid, na haar staat en gelegenheid, haar leven lang geduu- rende van noden zouden zyn; dat midsdien, by aldien naderhand eenige Crediteuren van dezelve Transportanten zouden willen voor den dag komen,die zouden willen sustineeren, al voor dato van den voorsz. transporte, regt van legaal hypotheecq te hebben gehad, en als nog te hebben op alle de goederen van de voorsz. Transportanten, en zulks mede op de voorsz. getransporteerde, het zelve regt van legaal hypoteecq zodanige Credi- teuren geensins zoude kunnen te stade komen, nog te patroci- neeren, om uit kragte van dien reëlyk aan te spreken en te ver- volgen de voorsz. getranspoteerde goederen, gemerkt een zeer bekende leere der doctoren, en een onwedersprekelyke zo hier te Landen als in Vrankryk, rn elders in de praqtyque gere- cipieerd axioma is, quod mobilia non habent fequelam excaufa hy- pothecae, en gelyk de Franfche Schryvers zeggen en leeren, meu- bles nónt point de fuite, Chaffan ad Confuctud. Burgund. Rubr. 5. §.3. §. adde H. de groot, in zyne Inleiding tot de Hollandfche Regtsgel. 2. boek, 48. Deel, no. 34 & Groenew. Ibid in notis, ut & ad leg. 14 Cod. De obligat. No I & DD. ibid allegat. Zonder dat hier jegens eenigsints in consideratie komt, dat by den voorsz. accorde en transporte geconditioneert is, dat de voorsz. eerste Comparanten en Transportanten op de wooninge, waar- op zy als toen waren woonende, zouden blyven woonen, en de bouwerye aldaar met de getranfporteerde goederen en beesten zouden blyven waarnemen, zo lange de laatsten Comparanten zoude verstaan en goedvinden, en het geen by Chaffen d. rubr. 5. §. 3. no 3. daaromtrent geleerd word, qued ifta confuetudo, moblilia non habent fequelam per hypothecam, limitanda videatur, quando debitor per claufulam precarii aut conftituti confideretur, se tenere fua bon mobilia, & poffidere nomine Creditoris pro debito: nademaal het met transport zodanig niet is gelegen, als in het geval, waarvan Chaffan. d. loc. spreekt, want by het voorsz. transport is niet geconditioneert, dat de Transportanten de getransporteerde goederen precario zoude blyven bezitten; maar gemerkt den laatsten Comparant JACOBUS CORNELISSE ZEE- STRATEN niet alleen nog in huur was hebbende zyne woo- ninge en landeryen tot Lisse, waarop hy als toen was woonen- de, maar ook in de voorleden jaare 1682. van de Heeren Re- genten van het Gasthuis binnen de stad Haarlem in huure hadde aangestaan de wooninge en landen, daar op de eerste Compa- ranten en Transportanten als toen woonagtig waren, en over- zulks den laatsten Comparant die twee wooningen met de aan- hoorige landeryen te gelyk niet konde bewoonen en bebouwen, zo is in den voosz. Accorde en transporte tot voordeel en in faveur van de laasten Comparant gedaan influeeren, dat de voorsz. eerste Comparanten en Transportanten op de voorsz. wooninge zouden blyven woonen, en aldaar met de voorsz. getransporteerde goederen de bouwery zouden waarnemen, (nota) voor denzelven tweeden Comparant, zo lange hy zulks zoude verstaan en goedvinden, zodanig dat alle de vooor- en na- deelen, in dezelve bouwery vallende, zouden zyn en blyven voor den laasten Comparant, zonder dat ook de eerste Comparanten daar voor iets meerder dan haar bedongen onderhoud en alimen- tatie zouden genieten, en wyders met expres beding, wanneer de eerste Comparanten en Transportanten niet langer in de voorsz. bouwery willen continueeren, dat alsdan de voorsz. laasten Comparant en zynde erven gehouden zullen zyn, de eerste Comparanten en Transportanten (zynde zyne ouders) in zyne eigene huizinge, of andersinds by eerlyke en vroome lie- den de voorsz. alimentatie of onderhoud te moeten bezorgen. Kunnende het voorsz. transport ook niet gezegd worden, in fraudem creditorum geschied te zyn, byaldien de respective Com- paranten met een goed gemoed, en ter goeder trouwe, en zon- der eenige captie of dissimulatie, met eede solemneel kunnen verklaren, dat zy ten tyden van het doen den vooorsz. tran- sporten niet geweeten hebben, dat de eerste Comparanten en Transportanten als toen eenige Crediteuren waren hebbende; en dewyl dat den voorsz. laatsten Comparant, de voorsz. ge- tansporteerde goederen bekomen heeft, ex caufa onerfa, vel- titulo onerofo, met de last van daar voor de eerste Comparanten, in kost, drank, kleedinge en andere noodzakelykheden te moe- ten alimenteeren en onderhouden, midsgaders in alles gerak en gemak te doen, zo wel in ziekte als gezondheid, zodanig als naar derzelver staat gelegenheid zal behooren, en de laasten Comparant onbewust en onbekend is van eenige fraude, of dat het zelve transport zoude geschied zyn, om daardoor de Crediteuren van de eerste Comparanten en Transportanten te frauderen en te verkorten, dat overzulks het voorsz. transport actione reyocatoria niet en kan werden gereseindeert in preju- ditie van den voorsz. laatsten Comparant, die nogthans anders de rescissie van den voorsz. contracte zoude moeten leiden, als hy van eenige schulden geweeten hadde, fac. text. in leg. 6 §. 8. D. qua in fraud. creditor. vide Consultat. van de Hollansche Regts- geleerdheid, 2. stuk, 3. deel, Conf. 174. Aldus geadviseert in 's Gravenhage, den laatften juni 1683. (was getekend) ADRIAAN COETENBURG en P. SCHOON. Uitgever: Gartman, Hendrik Datum: 1780 Uit deze akte blijkt onder meer dat: Cornelis Claes van Seestraten en Willempje Willemsdr. (echtelieden) op 30 juni 1683 beide nog in leven zijn en woonachtig in Vogelenzang. Jacob Corneliszn. Zeestraten (in 1682 en 1683 ‘in huur was hebbende zyne wooninge en landeryen tot Lisse, waarop hy als toen was woonende’) een zoon is van dit echtpaar. Cornelis en Willempje het rustiger aan willen gaan doen en daarom hun woning en landerijen verkopen aan Jacob, op voorwaarde, dat Jacob (en zijn erven) met deze woning ook alle lusten en lasten overneemt en dat hij zijn ouders zal verzorgen, ook als zij niet meer in deze woning willen blijven wonen: ‘laasten Comparant en zynde erven gehouden zullen zyn, de eerste Comparanten en Transportanten (zynde zyne ouders) in zyne eigene huizinge, of andersinds by eerlyke en vroome lie- den de voorsz. alimentatie of onderhoud te moeten bezorgen’. Er is nog meer bekend van Jacob Cornelis Zeestraten: Uit het Kohier van het familiegeld uit 1680 (Gemeentearchief Lisse, inv. nr. 229) blijkt, dat Jacob Cornelis Zeestraten al in Lisse woont in 1680: Hij is ‘koeyhouder’ en woont daar met ‘een vrouw, een kint beneden de acht tot vier jaren, twee kinderen beneden de vier jaren, met twee bouw meijts of knechts’. Jacob is dus getrouwd vóór 1676. Het oudste kind is geboren tussen 1672 en 1676 en de twee andere kinderen tussen 1676 en 1680. De naam van zijn vrouw wordt niet vermeld. Nu is het natuurlijk de vraag of we hier spreken over de mij bekende drie kinderen Sijmen, Dirk en Margaretha. Het RK-doop- en trouwboek in Lisse begint in 1687. Als vóór die tijd al een doop is opgetekend, dan zal die elders hebben plaatsgevonden. Het RK-doop- en trouwboek in Bloemendaal begint in 1668. Van Sijmen heb ik daarin geen doopdatum aangetroffen. het is ook nog niet zeker, dat hij een zoon is van Johannes Corneliszn. van Seestraten en Marijtje Simonsdr. Hij is hier in de genealogie geplaatst, omdat hij op 8 maart 1728 een getuige is geweest bij de RK-doop van Willemtje Dirks in Bloemendaal (dochter van Dirk Jacobszn. Zeestraten en Aegje Laurissen van der Fits). Theodorus (Dirk) is daar gedoopt op 25 april 1688 en Margaretha op 24 december 1690. Bij deze doopinschrijvingen staat niet alleen de naam van de vader, maar ook die van de moeder (Maritje Simonsdr.), zodat de aangenomen relaties voldoende zijn bevestigd. Jacob Cornelis Zeestraten is de jongste nakomeling (zesde generatie) in de stamlijn, zoals die verder is uitgewerkt in het eerste deel van mijn onderzoek.
Jochum Jans Witteman Trijntje Jacobsdr . Jan Jochumszn . Witteman Mees Jochumszn . Witteman Cornelis Corneliszn . Zeestraten Ariaentje Jochumsdr . Maertien Cornelisdr . Willem Janszn . Cley Pieter Corneliszn . Zeestraten Appolonia Cornelisdr . Ariaentje Cornelisdr . X 16 nov . 1625
TERUG IN DE TIJD
ZEESTRATEN